De wereldwijde verkoop van windturbines stijgt
De bestellingen voor windturbines stegen in de eerste helft van het jaar vergeleken met 2022, na een herstel van de aankopen in Noord-Amerika en sterke volumes in China, aldus een studie die op 1 september werd gepubliceerd.
Volgens onderzoeksbureau Wood Mackenzie bereikten tussen januari en juni de turbineorders voor capaciteit 69,5 gigawatt, een stijging van 12 procent ten opzichte van de eerste zes maanden van 2022.
Dat cijfer is een record voor de eerste helft, hoewel het lager ligt dan de resultaten van de tweede helft van 2022.
Het totale volume in de eerste helft van het jaar kwam uit op 40,5 miljard dollar, waarbij een stijging van de Chinese vraag met 47 procent een van de belangrijkste factoren achter de impuls was, aldus het rapport, waardoor de topstatus van het land werd geconsolideerd.
De Amerikaanse vraag speelde ook een rol, waarbij het volume aan elektrische energie (7,7 GW) verviervoudigde vergeleken met de eerste helft van 2022.
In het onderzoek werd de Inflation Reduction Act van president Joe Biden in de Verenigde Staten gecrediteerd, die is ontworpen om een omvangrijk energietransitie- en sociaal hervormingsprogramma te ondersteunen.
Volgens Wood Mackenzie speelt windenergie op zee steeds meer een rol, waarbij in de eerste helft van het jaar een stijging van 26 procent te zien is ten opzichte van de eerste helft van 12 GW voor een aandeel van 17 procent in de capaciteit.
Het Internationaal Energieagentschap zei in juli dat het offshore-bereik de komende jaren zal toenemen naarmate meer landen hun eerste offshore-windparken ontwikkelen of plannen.
Deze trend heeft met name het Duits-Spaanse bedrijf Siemens Gamesa, de toonaangevende turbinefabrikant, naar de derde plaats gebracht wat betreft geordend vermogen, achter het Chinese Envision Energy en Windey.
Het Deense Vestas, lange tijd marktleider in de sector, is dit jaar naar de vijfde plaats gezakt, omdat de Chinese giganten de markt steeds meer domineren.