Intel Academy publiceert eerste rapport over rechts-extremisme in het Westen
De National Intelligence Academy, een nieuw opgericht instituut binnen de Turkse inlichtingendienst MİT, heeft haar eerste onderzoeksrapport onthuld dat licht werpt op de golf van rechts-extremistische bewegingen in Europa.
De academie, gelanceerd op 6 januari en aangekondigd door MIT-chef İbrahim Kalın tijdens de 97e verjaardagsceremonie van het agentschap op 10 januari, heeft tot doel postdoctoraal onderwijs te bieden en wetenschappelijk onderzoek uit te voeren op het gebied van inlichtingen, veiligheid en strategie.
Het inaugurele rapport, dat zich richt op de alarmerende opkomst van rechts-extremisme in westerse landen in de loop van 2023, gaat dieper in op de berichtgeving in de media, het politieke discours en juridische inspanningen gericht op het bestrijden van deze bewegingen.
Het voorwoord benadrukt het belang van het aanpakken van extreemrechtse ideologieën, aangezien deze “ook op Turken gericht zijn.”
Volgens het rapport hebben deze extremistische groeperingen hun mondiale communicatiekracht via onlinenetwerken uitgebreid, vooral tijdens de COVID-pandemie.
Het document constateert een versnelling in hun samenwerkings- en coördinatie-inspanningen via gesloten communicatiekanalen zoals Telegram. Bovendien wijst het erop dat deze groepen zich doelbewust richten op de leeftijdsgroep van 13 tot 18 jaar.
Het rapport identificeert Denemarken, de VS, Duitsland, het Verenigd Koninkrijk, Australië, Zweden, Nederland, Frankrijk en Oostenrijk als de meest actieve landen in de context van extreemrechts gedurende het jaar.
Het merkt op dat Europa het meest intense anti-islam- en anti-Turkse sentiment heeft ervaren, waarbij “bedreigende brieven naar moskeeën in Duitsland en koranverbrandingen in de Scandinavische landen aanzienlijke aandacht kregen.”
Het onderzoek voorspelt dat rechts-extremisme de komende tijd voor veel landen een veiligheidsprobleem zal blijven. Om deze groeiende dreiging het hoofd te bieden, beveelt zij aan de internationale samenwerking te vergroten, het bewustzijn over de ernst van de problemen te vergroten en de academische studies over dit onderwerp te intensiveren.
Het rapport roept met name de westerse staten op om “het onderscheid tussen persoonlijke vrijheid van meningsuiting en haatmisdrijven juridisch te garanderen” als onderdeel van een bredere strategie om extremisme te bestrijden.
De vernieuwde MİT-website schetst de bredere missie van de academie om “bij te dragen aan de oprichting en ontwikkeling van het gebied van inlichtingen als wetenschap in Türkiye”.
Het nieuw opgerichte orgaan zal in de herfst van dit jaar beginnen met het accepteren van studenten voor master- en doctoraatsprogramma’s, met studies op het gebied van intelligentie, veiligheid, strategie, regionale studies, cyberveiligheid, cryptologie, satelliet-ruimtesystemen, AI, data-analyse en gerelateerde velden.
Aan het hoofd van de instelling staat Talha Köse, een professor die betrokken is bij de oprichting van instellingen zoals de inmiddels gesloten Istanbul Şehir Universiteit en de particuliere Ibn Haldun Universiteit. Köse heeft eerder gewerkt bij de Foundation for Political, Economic and Social Research (SETA).