Tienerdromen en nachtmerries voor volwassenen in Sofia Coppola’s ‘Priscilla’
Dromerig naar de albumhoezen van Elvis Presley staren was eind jaren vijftig en begin jaren zestig statistisch gezien geen zeldzame gewoonte onder Amerikaanse tienermeisjes. Maar voor Priscilla Beaulieu werd tienerfantasie een vreemde en surrealistische realiteit.
Sofia Coppola’s ‘Priscilla’, met Cailee Spaeny in de hoofdrol, vangt alle dromerigheid, de absurditeit en, ten slotte, de nachtmerrie van verliefd worden op Elvis.
Priscilla was pas 14 jaar oud toen ze hem voor het eerst ontmoette. Het was 1959. Ze woonde in West-Duitsland, waar haar stiefvader van luchtmachtofficieren was gestationeerd. In de zwoele vroege scènes van Coppola’s film is een eenzame Priscilla aan het nippen van frisdrank in een restaurant op de marinebasis, terwijl Frankie Avalon’s “Venus” (Venus, make her fair / A lieflijk meisje met zonlicht in haar haar) om haar heen speelt, zoals gecoverd door de band Phoenix .
Een man komt naar haar toe en vraagt of ze Elvis leuk vindt. Natuurlijk doet ze dat. Zou ze hem willen ontmoeten? Wat? Na wat onderhandelingen met haar ouders zit Priscilla daar op de bank op een klein feestje als de King of Rock ‘n’ Roll zelf (Jacob Elordi) de trap af slentert. Grote, grote zucht.
Coppola, de schrijver-regisseur van ‘The Virgin Suicides’, ‘Lost in Translation’ en ‘Somewhere’, is altijd van nature afgestemd geweest op de zich vormende identiteiten, aanzwellende verlangens en intieme onthullingen van jonge vrouwen. In het verhaal van Priscilla Presley (de film is gebaseerd op haar memoires uit 1985, ‘Elvis and Me’), heeft Coppola een verhaal gevonden dat op maat is gemaakt voor haar subtiel opmerkzame stijl van filmmaken.
Als film is ‘Priscilla’ het diametrale tegenovergestelde van ‘Elvis’ van Baz Luhrmann. Waar de film van Luhrmann luguber en angstaanjagend was, is die van Coppola gedempt en gestructureerd. Haar film is een soort sprookje dat claustrofobisch en waarschuwend wordt.
‘Priscilla’ is, althans in eerste instantie, best grappig. Nadat Priscilla op dat feestje voor het eerst de aandacht van Elvis trekt, is ze weer op school en leert ze over de voedselgroepen. Hoe zou iemand dat kunnen verdragen? Of wanneer, nadat Elvis niet heeft gebeld vanwege zijn periode in het leger, Priscilla’s moeder haar vraagt of er geen jongens op school zijn waarin ze misschien geïnteresseerd is. Priscilla hoeft niets te zeggen; alleen al het beeld van het opstellen van een gemiddelde jongen uit groep 9 tegen Elvis Presley is voldoende.
Toch gaat hun verkering op enigszins traditionele wijze door. Elvis, met ontspannen magnetisme gespeeld door Elordi (‘The Kissing Booth’, ‘Saltburn’), voelt zich tot Priscilla aangetrokken omdat ze hem aan thuis doet denken; het is duidelijk dat haar zuiverheid deel uitmaakt van haar aantrekkingskracht op hem. Het duurt lang voordat ze seks hebben, hoewel haar jeugd stilzwijgend problematisch blijft. ‘Wauw, ze is jong’, zegt een vrouw die ziet hoe Elvis Priscilla naar boven leidt. “Als een klein meisje.”
Hun leven samen is aanvankelijk lief als ze gestoord zijn. Priscilla zweeft door een droomwereld, zelfs als de extremen van Elvis ons in het oog springen. Zijn slaapkamer in Graceland is komisch opzichtig. “Ik heb dit voor je”, horen we Elvis vriendelijk zeggen, voordat een pistool wordt overhandigd.
Er worden geen Presley-nummers afgespeeld in ‘Priscilla’. (Hoewel Priscilla Presley een uitvoerend producent is, heeft de nalatenschap van Elvis niet deelgenomen aan de film.) Maar de film deelt wel een veelzeggend nummer (‘Gassenhauer’ van Carl Orff) met ‘Badlands’ van Terence Malick, een andere film over een minderjarig tienermeisje ( Sissy Spacek) die haar leven gooit met een charismatische zwerver met matinee-idool-looks (Martin Sheen).
En net als bij Holly in ‘Badlands’ worden de zaken steeds duisterder voor Priscilla. Elvis behandelt haar als een pop die hij thuis bewaart terwijl hij in en uit gaat. ‘Het is mij of een carrière, schat,’ zegt hij tegen haar. Coppola, die de film opdraagt aan haar moeder, Eleanor Coppola, heeft zich lange tijd gespecialiseerd in vergulde kooien (‘Marie Antoinette’, ‘The Bling Ring’). Graceland blijkt voor Priscilla een gevangenis te zijn.
Er zitten niet veel valse noten in Coppola’s rijk gelaagde film, fraai gedraaid door Philippe Le Sourd, met weelderig productieontwerp van Tamara Deverell en fraaie, afgezwakte kostuums van Stacey Battat.
Maar ‘Priscilla’ vervaagt waar ‘Elvis’ zijn basis vond. Wanneer Presleys neergang in Las Vegas versnelt, zwol Luhrmanns film aan van tragedie. In dezelfde periode hier wordt Priscilla wakker. Toch voelt het onderontwikkeld aan, het komt te snel, in een plotselinge haast – zij het een geweldige haast, met Dolly Parton aan het spelen.
Een constante factor is echter Spaeny. Dit is een behendige doorbraakvoorstelling die perfect balanceert tussen jeugdige fantasie en volwassen realiteit.