Ongeveer 28 procent van de huurders van de Turkse bevolking: officiële gegevens

Ongeveer 28 procent van de huurders van de Turkse bevolking: officiële gegevens

Ongeveer 27,8 procent van de Turkse bevolking woonde in 2023 in huurappartementen, een lichte stijging ten opzichte van het voorgaande jaar, zo blijkt uit de gegevens van het Turkse Statistische Instituut (TÜİK).

Het percentage van de bevolking dat in een eigen woning woont, daalde met 0,5 procent vergeleken met 2022 en bereikte 56,2 procent in 2023, volgens de armoede- en levensomstandighedenenquête van TÜİK die op 30 januari werd gepubliceerd.

Tegelijkertijd bedroeg het aandeel van degenen die niet in hun eigen huis woonden en geen huur betaalden 15,1 procent.

TÜİK beweerde dat het onvermogen om huizen te verwarmen als gevolg van gebrekkige isolatie het meest voorkomende huisvestingsprobleem was. Ook lekkende daken, vochtige muren en luchtverontreiniging door verkeer of industriële activiteiten kwamen naar voren als extra woonproblemen.

TÜİK deed onderzoek naar ‘relatieve armoede’, een concept dat individuen definieert met een inkomen onder een bepaalde drempel in verhouding tot de algemene maatschappelijke norm. TÜİK gaf aan dat 13,9 procent van de bevolking binnen deze categorie viel.

Het instituut meldde verder dat het armoedecijfer onder analfabeten 27,8 procent bedroeg, terwijl 3,2 procent van degenen met een hogere opleiding als arm werd geclassificeerd.

Het instituut verdiepte zich ook in een onderzoek naar materiële en sociale deprivatie, waarbij variabelen werden gedefinieerd zoals autobezit, het vermogen om onverwachte economische uitgaven te dekken, het betalen van een vakantie van een week, regelmatige consumptie van maaltijden, waaronder vlees, gevogelte en vis, het adequaat verwarmen van het huis en het het vermogen om versleten meubilair te vervangen als factor op huishoudelijk niveau.

Op individueel niveau omvatten de variabelen het vermogen om versleten kleding te vervangen door nieuwe, het bezit van minstens twee paar fatsoenlijke schoenen, het minstens één keer per maand omgaan met kennissen en het bezit van internet voor persoonlijk gebruik.

Het percentage ernstige materiële en sociale deprivatie, gedefinieerd als het onvermogen om aan ten minste zeven van de criteria te voldoen, werd geschat op 14,4 procent, aldus de gegevens.