De VN dringt aan op hervorming van het financiële systeem om de armste landen te helpen
De Verenigde Naties hebben opgeroepen tot een ingrijpende herziening van het mondiale financiële systeem om de armste landen ter wereld te helpen in hun strijd om de ‘enorme financiële gaten’ op te vullen.
Een rapport van de Conferentie van de Verenigde Naties over Handel, Investeringen en Ontwikkeling (UNCTAD) benadrukte hoe meerdere crises, van de Covid-pandemie tot de stijgende inflatie, en afnemende directe buitenlandse investeringen de armere landen bijzonder hard hebben getroffen.
De 46 zogenaamde minst ontwikkelde landen (MOL’s) leden in de eerste jaren van de pandemie een scherpe economische vertraging, waardoor hun gezamenlijke groei per hoofd van de bevolking dit jaar 16 procent onder de doelstelling bleef, aldus UNCTAD.
Als gevolg van de economische vertraging zijn nog eens 15 miljoen mensen in extreme armoede terechtgekomen, aldus het rapport.
Tegelijkertijd worden de minst ontwikkelde landen geconfronteerd met een torenhoge schuldencrisis, waarbij in 2021 27 miljard dollar wordt uitgetrokken om die schulden af te betalen, een stijging van 37 procent ten opzichte van een jaar eerder, aldus UNCTAD.
De landen geven momenteel bijna twee keer zoveel uit aan de aflossing van hun schulden dan aan de gezondheidszorg.
De minst ontwikkelde landen “bevinden zich in een wanhopige situatie”, zei UNCTAD-chef Rebeca Grynspan tegen verslaggevers in Genève, waarbij hij waarschuwde dat ze “op de afgrond van een begrotingsafgrond staan”.
Geconfronteerd met zulke enorme uitdagingen waarschuwde het VN-agentschap dat de minst ontwikkelde landen nog ver verwijderd zijn van het bereiken van de Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen tegen de deadline van 2030, zoals overeengekomen door alle VN-lidstaten in 2015.
Zoals de zaken er nu voorstaan, worden de landen momenteel “geconfronteerd met een overweldigend jaarlijks financieringstekort van 100 miljard dollar om aan hun SDG-transitiebehoeften te voldoen”, zei Grynspan, waarbij hij waarschuwde dat “de tijd dringt”.
Hoewel de landen meer moeten doen om binnenlandse middelen te mobiliseren, benadrukte ze dat ze “een belangrijk deel van de middelen uit het buitenland nodig zullen hebben”, waarbij ze waarschuwde dat het bestaande internationale financiële systeem slecht toegerust was om te helpen.