De consumentenprijzen in China stijgen in februari
De Chinese consumentenprijzen stegen in februari voor het eerst sinds augustus, zo bleek uit gegevens van 9 maart, waarmee een maandenlange periode van deflatie werd doorbroken die de talloze economische problemen van het land nog verergerde.
De op één na grootste economie ter wereld boekte vorig jaar een van de laagste groeicijfers in tientallen jaren en kampt met een langdurige crisis in de vastgoedsector en een stijgende jeugdwerkloosheid.
Maar in een zeldzaam lichtpuntje steeg de consumentenprijsindex vorige maand met 0,7 procent, volgens het Nationale Bureau voor de Statistiek (NBS) van Peking – de eerste stijging sinds augustus.
De positieve gegevens komen op het moment dat hoge functionarissen in Peking bijeenkomen voor de jaarlijkse ‘Twee Zittingen’ van het Chinese parlement en het hoogste politieke adviesorgaan, op bijeenkomsten die werden gedomineerd door de economie en de nationale veiligheid.
Een van de belangrijkste problemen is deflatie, waar China afgelopen juli voor het eerst sinds 2021 mee te maken kreeg.
De consumentenprijzen kennen traditioneel een stijging tijdens de periode van Chinees Nieuwjaar, ook wel bekend als het Lentefestival, dat in februari van dit jaar viel.
De dalende prijzen in China staan in schril contrast met de rest van de wereld, waar de inflatie een hardnekkig probleem blijft, waardoor de centrale banken gedwongen worden de rente te verhogen.
Gezien de vakantiefactor waarschuwde een analist ervoor om de laatste cijfers niet te zien als een suggestie dat China niet langer met deflatie kampt.
“Ik denk dat het te vroeg is om te concluderen dat de deflatie in China voorbij is”, zegt Zhiwei Zhang, president en hoofdeconoom bij Pinpoint Asset Management.
“De binnenlandse vraag is nog steeds vrij zwak. De verkoop van nieuwe appartementen is nog niet gestabiliseerd”, legt hij uit.