Rechtszaak tegen Nirvana over albumhoes nieuw leven ingeblazen

Rechtszaak tegen Nirvana over albumhoes nieuw leven ingeblazen

Een federaal hof van beroep heeft op 21 december een rechtszaak over seksuele uitbuiting van kinderen nieuw leven ingeblazen, aangespannen door de man die als vier maanden oude jongen naakt op de cover van Nirvana’s album ‘Nevermind’ uit 1991 verscheen.

Spencer Elden’s rechtszaak tegen de grunge-rockgroep beweert dat hij “blijvende schade” heeft geleden toen de band en anderen profiteerden van het beeld van hem onder water in een zwembad, terwijl hij een dollarbiljet aan een vishaak leek te pakken.

Volgens de rechtszaak was de afbeelding in strijd met de federale wetten op het gebied van seksueel misbruik van kinderen, hoewel er nooit strafrechtelijke aanklachten zijn ingediend.

Een federale rechter in Californië heeft de rechtszaak vorig jaar afgewezen, maar stond Elden toe een herziene versie in te dienen, die de rechter later verwierp op grond van het feit dat deze buiten de verjaringstermijn van tien jaar viel van een van de wetten die als rechtsgrond werden gebruikt.

De beslissing van donderdag door een panel van drie rechters van het Ninth US Circuit Court of Appeals in Californië heeft die uitspraak ongedaan gemaakt en de zaak teruggestuurd naar de lagere rechtbank.

Het beroepspanel oordeelde dat elke herpublicatie van een afbeelding “een nieuw persoonlijk letsel kan inhouden” met een nieuwe deadline, en citeerde de verschijning van de afbeelding op een heruitgave ter gelegenheid van het 30-jarig jubileum van “Nevermind” in 2021.

“De vraag of de albumhoes van ‘Nevermind’ voldoet aan de definitie van kinderpornografie is in dit hoger beroep niet aan de orde”, schrijft de rechtbank, aldus de New York Times.

In een e-mail aan The Associated Press noemde Nirvana-advocaat Bert Deixler de uitspraak een ‘procedurele tegenslag’.

“We zullen deze waardeloze zaak met kracht verdedigen en verwachten dat we zullen winnen”, schreef hij.