Minstens negen mensen zitten vast na een aardverschuiving in een goudmijn in het oosten van het land
Honderden reddingswerkers hebben hun inspanningen voortgezet om te zoeken naar ten minste negen arbeiders die vastzaten in een goudmijn in het oosten van Türkiye, die werd overspoeld door een enorme aardverschuiving.
De aardverschuiving trof op 13 februari de Çöpler-mijn in de stad İliç in de bergachtige provincie Erzincan. Op beelden die schijnbaar door een arbeider waren gemaakt, was te zien hoe een enorme massa aarde door een geul stroomde en alles op zijn pad overspoelde. Bij de aardverschuiving was een hoop grond betrokken die uit de mijn was gehaald, zei minister van Binnenlandse Zaken Ali Yerlikaya.
Ongeveer 800 zoek- en reddingspersoneel, waaronder politie- en militaire teams, mijnredders en vrijwilligers, werden ingezet om de mijnwerkers te vinden, zei Yerlikaya begin februari 14.
Andere werknemers in de mijn hebben zich ook aangesloten bij de inspanningen om hun collega’s te redden, terwijl families van de vermisten in een gebied dicht bij de mijn wachtten op nieuws over hun dierbaren, zo meldden lokale media.
Er is een onderzoek naar de ramp gestart.
Het ministerie van Milieu zei in een verklaring dat een stroom die naar de nabijgelegen rivier de Eufraat leidde, was afgesloten om watervervuiling te voorkomen. De gouverneur van Erzincan, Hamza Aydoğdu, zei ook dat er geen sprake was van lekkage in de waterweg.
Het ministerie van Justitie heeft op zijn beurt vier openbare aanklagers aangesteld om de activiteiten van de mijn te onderzoeken.
De mijn werd in 2020 gesloten na een cyanidelek in de rivier, die zich uitstrekt door Türkiye, Syrië en Irak. Twee jaar later werd het heropend nadat het bedrijf een boete had gekregen en een opruimingsoperatie was voltooid.
In 2022 kwamen bij een explosie in de kolenmijn van Amasra aan de kust van de Zwarte Zee 41 arbeiders om het leven. De ergste mijnramp van het land vond plaats in 2014 in een kolenmijn in Soma, in het westen van Türkiye, waarbij 301 mensen omkwamen.
In de nasleep van deze incidenten waarschuwden ingenieurs dat veiligheidsrisico’s vaak werden genegeerd en dat inspecties niet adequaat werden uitgevoerd.
De mijn in Erzincan wordt beheerd door Lidya Madencilik en is eigendom van de in Türkiye gevestigde Çalık Holding en het in Denver, Colorado gevestigde SSR Mining.
De mijn produceerde in het derde kwartaal van vorig jaar 56.768 ounces goud en is de op een na grootste goudmijn van SSR, die sinds 2010 in bedrijf is. De koersdaling heeft ongeveer C$1,4 miljard ($1,03 miljard) aan marktwaarde van het bedrijf weggevaagd.
Anagold, het particuliere bedrijf dat de İliç-mijn exploiteert, zei dat het eraan werkt om de gevolgen van dit ‘pijnlijke’ incident tot een minimum te beperken.
“We zullen al onze middelen mobiliseren om dringend licht te werpen op dit incident”, zei Anagold in een verklaring.
